Laatst gewijzigd op: 30 januari 2024

Gijs van Veenendaal (Toezichthouder Energie): “Ik wil de verwondering terugbrengen bij ondernemers” 

Communiceren, inlevingsvermogen en grenzen stellen: als toezichthouder bij de Omgevingsdienst regio Utrecht gaat het om veel meer dan alleen technische kennis. De missie, het stimuleren van duurzaamheid, staat altijd centraal voor Gijs. Hij werkt sinds juli 2023 bij de ODRU als toezichthouder: “Kijken hoe we dat zo slim mogelijk kunnen doen, daar zit voor mij de uitdaging. Bij de ODRU zijn we bewust van wat we doen. Wetten en regels veranderen en daar gaan wij ook in mee.” Maar ook de sfeer draagt bij aan zijn werkplezier: “Er wordt veel vertrouwen gegeven. We krijgen allerlei mogelijkheden om onszelf te ontwikkelen en ook het hybride werken spreekt me aan.”  

Voor zijn werk als Toezichthouder gaat Gijs veel langs bij bedrijven: “Je ziet dat mensen gewend zijn om iets op een bepaalde manier te doen. Ik help hen om een stapje terug te nemen en te kijken wat andere, duurzamere mogelijkheden zijn. Bij de ODRU doen we aan stimulerend toezicht, dus we houden toezicht aan de hand van de Erkende Maatregelenlijst energiebesparing (EML). Maar het belangrijkste is de bewustwording.” Zo helpt Gijs bedrijven door aan te geven: als je dit doet, dan bespaar je geld. “Ik zie het als een uitdaging om mensen over de streep te trekken. Uiteindelijk snijd je jezelf in de vingers als je niet voor duurzaamheid gaat. Maar hoe krijg je iemand daarvan overtuigd? Dat is een mooie uitdaging.”  

Verwondering en connectie creëren

Ook in Gijs’ privéleven staat duurzaamheid centraal. “Zo geef ik natuurles op de school bij mijn jongste zoon.” Hij merkt dat als je kinderen uitdaagt om over een onderwerp na te denken je de mooiste reacties terugkrijgt. “Dat is heel inspirerend. Je kunt veel dingen heel ingewikkeld maken, maar soms is het meer verhelderend als je het met een eenvoudige blik bekijkt. Mijn doel is om verwondering en connectie te creëren. 
 


Zo gingen we een keer naar het park, het zand omkeren en dan kijken wat voor beestjes we tegenkomen. De helft van de kinderen ging een meter achteruit en zei: ‘Bah, vies.’ Maar aan het einde van de les zitten ze toch met hun handen vol beestjes en snappen ze dat die beestjes een functie hebben. Dat is mooi om te zien.”  
 
En dat is wat hij ook doet met de organisaties waar hij langs gaat: “Kinderen hebben veel verwondering, maar ondernemers ook: daarom beginnen ze met ondernemen. Ik haal die verwondering terug, maar dan op het gebied van duurzaamheid.”